Aronskelk (Arum)
De Aronskelk kenmerkt zich door grote, glanzende bladeren die soms gevlekt kunnen zijn. Opmerkelijk is dat deze bladeren al in het najaar boven de grond verschijnen, waardoor de Aronskelk een wintergroene vaste plant is.
In het voorjaar tonen de bloemen zich vroeg, vaak al van eind maart tot mei. Ze hebben een gele bloeikolf die wordt omgeven door een wit bloemblad dat sterk lijkt op een grote witte zakdoek en de belangrijkste sierwaarde van de bloem vormt.
Na de bloei ontwikkelt de bloemkolf zich tot een stevige stengel met opvallende oranje vruchten die gedurende de hele zomer opvallend in de tuin aanwezig zullen zijn. Tijdens deze periode verdwijnen de bladeren in de grond en verschijnen ze opnieuw in het najaar, nadat de zaden zijn verdwenen.
Arum (Aronskelk) gedijt het beste op een schaduwrijke plek, bijvoorbeeld als onderbeplanting bij hagen en heesters. De grond moet vochtig, humusrijk en voedzaam zijn. Op zo'n plek zal de Aronskelk gedijen en jaarlijks met meer bladeren en bloemen in de tuin verschijnen. Ze kunnen gemakkelijk uitgroeien tot een forse groep planten, waardoor ze ideaal zijn voor moeilijkere plekken in onze tuinen.